Freek’s Focus (7)
Haviken broeden later!
Met in het oosten het IJssellandschap, in het zuidoosten de Halmen, zuidelijk de kolken met het Rosenthal’s bosje, zuidwestelijk het Appense Veld, vervolgens landgoed Beekzicht met “Ekebij” , overgaand in grondgebied van landgoed “de Poll”, het recreatiegebied Bussloo en de cirkel eindigend op de fameuze “Bomendijk” in het noordoosten, wonen we in de bosrijke groene long van de gemeente Voorst. Ree, ijsvogel, das en vos leven en wonen er op slechts honderden meters afstand, waar ook de haviken hun territorium hebben. Vorig jaar waren de haviken in de maanden maart en april erg vraatzuchtig. Zo rond 10 mei werd het toen rustig. Als moeder havik haar legsel voltooid heeft, gaat ze ongeveer 5 weken broeden. Wanneer de eieren uitkomen, houdt ze de eerste periode de jonkies warm. In die broedfase ruit de havik. In de praktijk betekent dit dat er in deze fase nauwelijks iets te vrezen is voor de postduivenhouders. De mannetjeshavik jaagt en van hem hebben de duiven aanzienlijk minder te duchten. Als moe weer mee gaat doen met de jacht, is ze trager en zijn de duiven sneller en attenter geworden. Voor haar ligt de focus op andere prooi in het vrije veld, zo lijkt het. Als ze zich toch met de duiven bemoeit, werkt ze als trainingsstimulator die de compacte groep op scherp zet. Dit jaar lijkt alles anders. Vrijwel dagelijks plukt ma havik hier een jonge duif uit de lucht. Vanochtend sneuvelde de laatste. Het ritueel is steeds hetzelfde, op het tijdstip is geen peil te trekken. ’s Avonds na 17 uur, als ik terugkom van mijn werk, trek ik de kleppen open en ga vervolgens de piepers jassen. De andere piepers fladderen dan wat om het hok en zo nu en dan maakt er eentje een schichtig rondje. Vanuit het keukenraam werp ik zo nu en dan een blik. Als het eten opstaat snel de hokken kuisen tussen de bedrijven door. Dan zie je niet wat er in de lucht gebeurt. Als ik ze om 18 uur binnenroep is er steevast eentje weg. Spoorloos. Dan weet je, dat de havik weer langs geweest is. Vandaag liet ik ze om 8 uur ’s ochtends los. Ik moest om 13 uur beginnen op mijn werk en zou ze dus rond het middaguur afvoeren en verduisteren. De jonkies schoten vanochtend de lucht in. Nog steeds kris kras alle richtingen uit. Al snel landden ze stuk voor stuk op het hok. Van vliegen in een koppel is nog totaal geen sprake. Mijn enige donkere witpen bleef als enige vliegen. Frivool en dartel doorkliefde hij het luchtruim. Ik had zo’n voorgevoel dat zijn levenslust zijn ondergang zou worden en nog geen minuut later tekende zich zijn doodvonnis af. Vanuit het westen naderde moe havik, een kraaienescorte in haar kielzog. Door de drukte van de kraaien bleef de donkere witpen vliegen. Moe havik leek in oostelijke richting weg te vliegen. Terwijl de kraaien triomfantelijk omkeerden, maakte de havik hoogte en boog toen af. Ik schat dat ze op ongeveer 150 meter hoogte vloog en de witpen maakte nietsvermoedend zijn frivole rondjes op naar schatting 40 meter hoogte. Ineens trekt de havik haar vleugels langs het lichaam en in een duizelingwekkende glijvlucht suist ze richting het hulpeloze jong. De trefkans is in deze situatie 100%. Moeiteloos grijpt ze haar prooi, alsof ze een schepnet heeft en vliegt er mee weg als een zware legerhelikopter met een tank. De natuur is meedogenloos en indrukwekkend, maar ik heb dit schouwspel te vaak gezien en wordt er naargeestig van. Hier fokken we geen jongen voor!
Martin Geven zei het enkele weken geleden al. De natuur loopt achter door de lange winter. Bovendien werden de haviken afgelopen voorjaar verstoord in onze omgeving door het rooien van bomen in de omringende bossen. Mogelijk zijn de haviken wel twee weken achter op schema en blijven de dagelijkse aanvallen van moe havik voortduren. In dat geval kan ik twee dingen doen. Gewoon doorgaan met loslaten en accepteren, dat er dagelijks een jonge duif gepakt wordt. Of ….. het loslaten een week opschorten. Een dilemma overigens, want over 7 weken is de eerste prijsvlucht en een deel van de jongen is nog niet buiten geweest en het andere deel heeft nog moeite om de valplank terug te vinden en is zo groen als gras. Ik heb echter geen zin om de jonge duiven als kanonnenvoer op te offeren in een oneerlijke strijd.
Archieven
- juni 2025
- mei 2025
- april 2025
- februari 2025
- januari 2025
- november 2024
- oktober 2024
- september 2024
- juli 2024
- maart 2024
- februari 2024
- januari 2024
- december 2023
- november 2023
- oktober 2023
- december 2022
- november 2022
- oktober 2022
- september 2022
- juli 2022
- juni 2022
- mei 2022
- april 2022
- maart 2022
- februari 2022
- januari 2022
- december 2021
- november 2021
- oktober 2021
- september 2021
- augustus 2021
- juli 2021
- juni 2021
- mei 2021
- april 2021
- maart 2021
- januari 2021
- december 2020
- oktober 2020
- september 2020
- augustus 2020
- juli 2020
- juni 2020
- mei 2020
- maart 2020
- september 2019
- augustus 2019
- juli 2019
- juni 2019
- mei 2019
- april 2019
- maart 2019
- oktober 2017
- september 2017
- augustus 2017
- juli 2017
- juni 2017
- mei 2017
- april 2017
- februari 2017
- januari 2017
- december 2016
- november 2016
- oktober 2016
- september 2016
- augustus 2016
- juli 2016
- juni 2016
- mei 2016
- april 2016
- november 2015
- juli 2015
- mei 2015
- oktober 2014
- augustus 2014
- juli 2014
- juni 2014
- september 2013
- augustus 2013
- juli 2013
- juni 2013
- mei 2013
- april 2013
- februari 2013
- januari 2013
- oktober 2012
- september 2012
- augustus 2012
- juli 2012
- juni 2012
- april 2012
- maart 2012