Freek Openhartig (6)
Freek openhartig (6)
Vrijdag 3 oktober
Tijdens het vliegseizoen is het lastig om tijd te vinden voor deze bezigheid. De boel de boel laten is echter niet mijn stijl en daarom heb ik in een verloren uurtje de stoute schoenen aangetrokken om een stukje te schrijven. De vorige keer was ik gebleven bij Chimay. Die vlucht verliep voor mij geheel naar wens: 1 en 4 in de A.C.C. met de eerste en tweede getekende! Dat was achteraf meteen het hoogtepunt van het seizoen, want op de drie afdelingsvluchten verliep het stukken minder voorspoedig. Bij Saint Quentin zaten er storingen op de vlieglijn en op Meaux was het zo mogelijk nog erger. Je kunt dat als excuus aanvoeren voor mindere prestaties, maar dat is een zwaktebod. Duivenvriend Martin Geven, die ik tot Chimay steeds achter me kon laten, was vanaf Saint Quentin ontketend.
De eerste teletekst in Noord was zijn deel. Vanaf Meaux zat hij er andermaal goed bij met een derde teletekst. Zijn mooiste uitslag realiseerde Martin echter vanaf Troyes. In de club 1,2,3,4,6,7,8,9, en 10 en dat waren ook negen kopduiven in de A.C.C.! H. Engelsman maakte een prachtige uitslag in Zuid 4 van de GOU. De kringzege, diverse vroege duiven en 10 van de 10 op papier. In onze regio vond ik de uitslag van clubgenoot Martin Geven nauwelijks minder indrukwekkend. Rond 19 uur 9 van de 16 inzetten thuis en ’s avonds waren er 14 van de 16!
Opvallend zijn de mindere prestaties van veel hokken waar je op voorhand meer van zou verwachten. Marcel Sangers had zijn deel, meer niet. Eijerkamp klokt een vroege duif, maar moet dan vervolgens lang wachten op nummer twee. Ook zij hebben ’s avonds ongeveer hun deel thuis, maar missen dus driekwart!
Jan Rademakers, die het met de junioren de laatste jaren geweldig goed doet, komt niet eens aan zijn deel.
In onze eigen regio geldt hetzelfde voor Gerard en Remco Schuiling. Ze pakken meerdere regiozeges en stonden bovenaan met de junioren, maar op Troyes hebben ze er ’s avonds slechts drie van de achttien en beginnen voor hun doen te laat.
Troyes was met noordoostenwind een eerlijke vlucht op het eerste gezicht. Alles tegelijk los en bij niet te warm weer leek er geen vuiltje aan de lucht. Wel gingen de duiven (te) laat los: 11.10 uur. Op eigen hok ging het zoals gezegd moeizaam. Om 19.05 de eerste duif (toen had Martin er dus al 9 van de 16!). Een zoon van onze “Oude Knoedel” van 14 jaar oud. Ongeveer een kwartier later meldde zich de tweede. Een doffer van Bram Scherpenzeel. Daarna bleef het stil.
Twee van de tien, dat is armoede. Waarom hadden enkele uitblinkers (bijna) alles thuis en waren er in onze kring liefhebbers die er twintig mee hadden en ’s avonds niets thuis hadden? Waarom ging het bij Geven en Engelsman van een leien dakje en werd het een “slagveld” bij anderen? Zou het met voeren te maken hebben? Misschien, maar Marcel Sangers weet als geen ander hoe je dagfondduiven moet voorbereiden. Ook die overwegend vroege jongen van Eijerkamp zullen goed voorbereid geweest zijn, want ook hen hoef je niets te leren. Toch waren hun duiven er in grote meerderheid niet!
Gezondheid misschien? Nauwelijks voor te stellen. De duiven bij Eijerkamp worden medisch begeleid en zij korven op nationaal Troyes geen duiven in waar iets aan mankeert. Ook Jan Rademakers in Brummen met zijn “boerenduiven” weet wat hij doet. Normaal gesproken behoort hij de laatste jaren op dergelijke vluchten tot de uitblinkers, nu werd het een desillusie en schitterden zijn duiven vooral door afwezigheid op zaterdagavond.
Clubgenoot Martin Geven twijfelde na Chimay aan zijn duiven en aan zijn selectiemethode. Zijn hokken voor de junioren zijn de simpelheid zelve. Eigenlijk zijn het verkapte rennen, waar de wind aan alle kanten doorheen waait. Juist toen bij hem de wanhoop nabij was, stond er ineens geen maat meer op zijn spel.
Zowel de oude duiven als de junioren deden vanaf dat moment wekelijks mee voor de regiozege en voor teletekst. De eindsprint van Geven bracht hem het generaal kampioenschap snelheid in de hele GOU, net als in 2013. Dat is zonder meer een formidabele prestatie. Wie de hokken van Martin aanschouwt en wel eens bij hem geweest is in Bussloo, gelooft zijn ogen niet. Midden in de bossen van Bussloo, waar de havik altijd in de buurt is, presteert Martin als geen ander.
Weinig duiven, geen poespas, simpele hokken en alle weken vroeg op de uitslag van begin tot eind. Doe het maar na!
Zonder iets af te doen aan de prestaties van Martin & Joke, zijn er ook omstandigheden die in hun voordeel zijn. De enorme plas die recreatiegebied Bussloo vormt, is natuurlijk een prima herkenningspunt. Ook het ontbreken van buren geeft Martin de mogelijkheid om zijn duiven straf te laten trainen. De duiven kunnen op hun hok landen en hebben geen uitwijkmogelijkheden. Da’s mooi meegenomen als je de vlag hanteert tijdens de dagelijkse training van minimaal een uur.
De roofvogels zijn daarentegen bij hen een voortdurende plaag.
Als we op eigen hok de balans opmaken, zijn er gemengde gevoelens. Allereerst was er de gesel van paratyphus??. Daar weten Albert en ik inmiddels over mee te praten. Hoeveel pas afgezette jongen liepen er niet mank? Ik raakte de tel kwijt. Daarna eind mei een volledig mislukte africhting die me de helft van de vroege jongen kostte. Nu waren mijn jongen niet al te vroeg dit jaar door de hartoperatie(s) van eind februari. De terreur van de havik deed de deur dicht. Martin had me al eens verteld over een “armoedzaaier” die zich volledig richt op jouw hok. Hij kon er enkele jaren geleden over meepraten, sinds 2014 weet ik er ook alles van.
Tien havikslachtoffers in een week was de oogst op het hoogtepunt. Bijna had ik het bijltje er bij neergegooid!
Op de vluchten ging het wisselend. Een moeizame start, daarna twee kringoverwinningen en vervolgens werden de laatste drie afdelingsvluchten vlees noch vis. Wel kringkampioen (nipt voor Martin Geven) en tweede in de regio (nipt achter Steffan Willems), maar geen goed gevoel! Binnen onze club was Martin met de jonge duiven de sterkste. Een terechte winnaar, want de beste behoort te winnen!
Plannen voor 2015? Ik ga door, ondanks de tegenslagen in 2014. Mijn hokken hebben geen rennen. Dat is opmerkelijk, als ik om me heen kijk. Komende winter gaat dat veranderen. Ik hoop dat ik het onderling paren van de duivinnen kan temperen als ik rennen heb voor doffers en duivinnen. Meer zuurstof en meer mogelijkheden is de gedachte. Stilstand is achteruitgang en de “rotte” Troyes, die me nekpijn en hartzeer opleverde, was de druppel. Soms heb je een zetje nodig om in actie te komen ….
Voorlopig is dit mijn laatste bijdrage voor 2014. We gaan met het mes door onze kwekers en ik ga materiaal verzamelen voor de rennen die ik zelf wil bouwen.
Ik hoop dat U mijn openhartige schrijfsels met plezier gelezen hebt en er iets wijzer van geworden bent. Misschien kon U er troost uit putten?
Misschien komen we elkaar deze winter ergens tegen? Misschien hebt U tips of opmerkingen? Ik ben ook maar een gewone jongen, die blij is als zijn duifjes het soms aardig doen en die met de handen in het haar zit als dat niet het geval is. Duivensport houdt ons altijd bezig. Het blijft voor mij vaak een groot mysterie. Dat houdt het spannend en onvoorspelbaar!
Duivensport in je eentje is leuk, maar het wordt pas echt leuk als je dingen kunt delen. Met Albert is er al ruim een kwart eeuw een bijzondere band. Waar zou ik staan zonder hem? Ook met zijn Yvonne is er een klik. De band met Rinie bestaat al een halve eeuw. Ook in onze kinderjaren waren er al duiven! Mijn trouwste supporter is moeder Toos. Als er duiven onderweg zijn, is ze erbij! Natuurlijk zijn er nog veel meer mensen die ik dank verschuldigd ben. Martin en Joke waar ik wekelijks terecht kan voor een bakkie. Al dan niet met gebak van Gerrit. Bram die kweekt en meeleeft, net als Henk. De mensen in de club, die het mogelijk maken dat anderen hun sport kunnen beleven. Aan Hillie, die ons jammerlijk ontviel en aan Annet die we nooit genoeg kunnen waarderen. Tenslotte mijn José, waar ik lief en leed mee deel en die me lekker mijn gang laat gaan. Met haar wijze woorden eindig ik: “Tien geslaagde vluchten wegen niet op tegen die ene geslaagde hartoperatie”. (wordt bij leven en welzijn vervolgd, als het schikt)
Freek Wagenaar
Archieven
- juni 2025
- mei 2025
- april 2025
- februari 2025
- januari 2025
- november 2024
- oktober 2024
- september 2024
- juli 2024
- maart 2024
- februari 2024
- januari 2024
- december 2023
- november 2023
- oktober 2023
- december 2022
- november 2022
- oktober 2022
- september 2022
- juli 2022
- juni 2022
- mei 2022
- april 2022
- maart 2022
- februari 2022
- januari 2022
- december 2021
- november 2021
- oktober 2021
- september 2021
- augustus 2021
- juli 2021
- juni 2021
- mei 2021
- april 2021
- maart 2021
- januari 2021
- december 2020
- oktober 2020
- september 2020
- augustus 2020
- juli 2020
- juni 2020
- mei 2020
- maart 2020
- september 2019
- augustus 2019
- juli 2019
- juni 2019
- mei 2019
- april 2019
- maart 2019
- oktober 2017
- september 2017
- augustus 2017
- juli 2017
- juni 2017
- mei 2017
- april 2017
- februari 2017
- januari 2017
- december 2016
- november 2016
- oktober 2016
- september 2016
- augustus 2016
- juli 2016
- juni 2016
- mei 2016
- april 2016
- november 2015
- juli 2015
- mei 2015
- oktober 2014
- augustus 2014
- juli 2014
- juni 2014
- september 2013
- augustus 2013
- juli 2013
- juni 2013
- mei 2013
- april 2013
- februari 2013
- januari 2013
- oktober 2012
- september 2012
- augustus 2012
- juli 2012
- juni 2012
- april 2012
- maart 2012