Monthly Archives: september 2017
Zieleroerselen, zotteklap & zever (19)
Zieleroerselen, zotteklap & zever (19)
Statiegeldduiven
Wie de naam bedacht, weet ik niet. Was het Falco Ebben? Met “statiegeldduiven” worden duiven bedoeld die een hemelse stamkaart hebben, die veelal ooit veel geld gekost hebben, maar die geen kweekpotentie hebben. Omwille van hun veelbelovende stamkaart worden zulke duiven vaak jaren op rij “rondgepompt” op de diverse verkoopsites. Zodoende leveren ze voor de verkoper nog wat geld op, maar de koper van de duif haalt alleen teleurstelling en ziektes op het hok. Soms kweken ze alleen “wegvliegers”. Ik meen, dat Gert Jan Beute die term lanceerde. Het zijn duiven die weinig honkvast zijn en bij de eerste de beste beproeving verloren gaan. Door schade en schande wijs geworden, blijf ik ver weg van de meeste verkoopsites. D.w.z. kijken en niet kopen. Een enkele keer komt er een pareltje voorbij. Een zomerjong speciaal gekweekt voor de verkoop uit een bewezen goed koppel uit een prepotente lijn. Dat laatste is belangrijk, want elke ter verkoop aangeboden duif heeft een ronkende stamkaart!
Kweekpotentie
Afgelopen jaar hielden we ongekend veel junioren over. Met dank aan de beperkte aanwezigheid van haviken. Uit één kweekkoppel hadden we vijf jongen gefokt en na Troyes zaten die er allemaal nog. Dat zijn we niet gewend. Toch laten we het ouderkoppel niet bijeen komend jaar. Slechts één jong presteerde redelijk, de rest matig. In voorgaande jaren zouden er van die vijf jongen twee of drie opgevreten zijn en dan zouden we te weinig informatie gehad hebben om tot een weloverwogen afweging te komen. Veelbelovend is een jaarling op het kweekhok met meteen in het eerste kweekjaar één of twee goede nazaten. Onze “José” is zo’n duif. Haar dochters “Cindy 404” (6e asduif GOU) en “Tonia 423” zijn prachtige duivinnen in de hand en ze hebben zich op de vluchten laten zien. “José” lijkt kweekpotentie te hebben en daar zijn we naar op zoek! Of “Marga” ook die potentie heeft, is nog onduidelijk. Vorig jaar als jonge duif miste ze niet en werd 1e asduif GOU jong. Met “Marga” was iets bijzonders aan de hand. Ze raakte opgewonden van een verliefd stelletje en er ontstond een driehoeksverhouding in een donker hoekje. Dat laatste is belangrijk in mijn ogen. De duiven moeten elkaar niet kunnen zien! Ze was duidelijk het vijfde wiel aan de wagen, maar stapel op haar gedeelde nestje. De twee duivinnen zaten in het pikkedonker samen op de eitjes en duwden elkaar van de eitjes. “Marga” was hier erg gevoelig voor en daardoor vloog ze zich wekelijks uit de naad. Zonder die motivatie zou ze waarschijnlijk onopvallend gepresteerd hebben. Ze gaf twee mooie zonen, “Sebas” en “Bram”. Met dank aan het boekhoudwerk van Bram en Theo weet ik, dat ze vier en drie keer prijs vlogen. Te weinig om voor “Marga” een standbeeld op te richten! In 2018 krijgt ze met een andere partner de kans om zich te revancheren. Het geeft eens te meer aan, dat de omstandigheden medebepalend zijn voor de prestaties van de jonge duiven. Waren ze optimaal gezond, trainden ze goed aan huis, waren ze gemotiveerd en … hadden ze het weer, de wind en de omstandigheden een beetje mee?
Kweekgoud
Een doffer of duivin met kweekpotentie is goud waard op het kweekhok. Een echt kweekwonder hebben we niet. Dat zeg ik eerlijk. Een gemakkelijk goed verervende duif wel. Daar houden we rekening mee bij het koppelen. Zijn of haar jongen houden we gemakkelijk over, zijn goed gebouwd, kunnen kop vliegen (teletekst) en hebben een goed rendement. Daar willen we er graag meer van! Een duif met echte kweekpotentie geeft goede nafok met verschillende partners. Hans Hak uit Maurik volg ik al enige jaren. Zijn “Vechter” en zijn “stammoedertje 677” zijn duiven met kweekpotentie. Echte stamduiven. Twee rechtstreekse Braad de Joode duiven overigens. Samen gaven ze uitstekende nafok, maar gekruist met andere duiven gaven ze ieder afzonderlijk zo mogelijk nog betere nafok. “Iniësta” (zes keer pure kop op NPO vluchten, maar ook snel op de vitesse), “888” (de “alleskunner”) en “Nick” zijn er sprekende voorbeelden van. Heel leerzaam overigens om te bestuderen hoe op andere hokken toppers gefokt zijn. Enkele jaren geleden kochten we bij Hans zes zomerjongen uit zijn toppers. Ze zitten er alle zes nog en krijgen komend jaar de kans op ons kweekhok om zich te bewijzen. Een driekwart Hak tegen een rechtstreekse Hak, maar zeker ook pure kruisingen. Echte topduiven, ook bij Hans Hak, zijn meestal kruisingsproducten!
Nestspel
Afgelopen jaar speelde ik mijn jongen ongescheiden. Sommigen vlogen op een nestje, anderen ongepaard. Vooral op eitjes kwamen de resultaten niet uit de verf. Ik overweeg dan ook sterk om komend jaar de junioren op de deur te spelen. Doffers en duivinnen gescheiden en roulerend in hok en ren. Daarvoor zal ik hokken en rennen moeten aanpassen. De hokken minder uitnodigend om aan te lopen en de rennen verduisterbaar. Het rendement van jonge duiven op nest stelt vaak teleur. Duivinnen moeten leggen en kunnen niet mee, jonge doffers op drijven zijn te zot bij wind van achteren en schieten door. Verder is het zonder oude duiven erg lastig om midzomer aan jonkies te komen om onder te schuiven bij vliegende junioren. Het is bovendien een hoop gedoe om jonkies in leven te houden als de ouders op reis zijn en vluchten uitgesteld worden. Ik ben er helemaal klaar mee!
Koppelen
Op dit moment heb ik de kweekkoppels voor 2018 op papier. Ik kan daar weken mee zoet zijn en hele dagen en nachten over (dag)dromen. Voor de koppeling is er “Bijltjesdag”. Alle kwekers die niet gebracht hebben wat we verwachtten moeten een goede reden hebben om de status van kweekduif te behouden. Een duif met geweldige vliegprestaties als jonge duif krijgt een jaartje extra respijt, maar zeker niet veel langer. Een mooie naam, stamboom of erelijst is niet genoeg om te kunnen bijtekenen! Bewezen kweekpotentie is een keiharde voorwaarde. Nu we wat langer bezig zijn (sinds 2009) leggen we de lat elk jaar hoger. Voor elke duif die we willen toevoegen, moet een andere duif wijken. De concurrentie wordt op die manier moordend en dat is alleen maar positief. Gelukkig heb ik weinig last van sentimenten als het om selectie gaat. “Dan had je als kweker maar beter je best moeten doen”, denk ik vaak. Twaalf kweekkoppels en daarmee basta! Lukt het met twaalf koppels niet, dan zal het met twintig zeker niet lukken! Met hulp van twaalf voedsterkoppels komen we in het voorjaar aan ongeveer 40 vroege jongen van ons zelf. Als Bram er ook 40 levert en de havik houdt zich redelijk koest, dan kunnen we ons weer een jaartje uitleven met de junioren. Het koppelen vind ik elk jaar weer een leuke uitdaging. ’t Is veel schuiven en puzzelen. Ik hou van variatiebreedte. Uit een kraswitpen met een vaalschimmel kun je alle kleuren van de regenboog verwachten. Daar houden Albert en ik van. Kwaliteit komt echter op de eerste plaats, dan een hele tijd niets en dan pas kijken we naar de kleurtjes. Een rijkgekleurd oog tegen een wat vlakker oog. Geeloog tegen witoog. De ogentheorie is ondergeschikt. Het gaat om prestaties. Dan weer een hele tijd niets en vervolgens denken we aan variatiebreedte of bastaardsterkte. Uit twee geelogers of twee witogers zijn al ontelbare topduiven gefokt. Proefondervindelijk. De waarde van de ogentheorie is erg betrekkelijk in mijn optiek. Het gaat om goede duiven, temperament, wilskracht, spierkracht, rijke en zachte pluim en …. vooral een goed kompas! Op dit moment heb ik twaalf koppels op papier waar ik een goed gevoel bij heb. Geen “papieren tijgers”, geen “statiegeldduiven” of “wegvliegerkwekers”. Toch zullen we in september 2018 weer moeten vaststellen, dat meerdere “droomkoppels” de harde realiteit niet aan konden. We moeten echter blijven geloven in vooruitgang, in onze duiven, in onszelf en in elkaar.
(wordt vervolgd)
Zieleroerselen, zotteklap & zever (18)
Zieleroerselen, zotteklap & zever (18)
Doorselecteren
Duivensport is een selectiesport! Wie de top wil bereiken en daar wil blijven, moet keihard selecteren! “Simpele graaneters” noemde compagnon Albert het gros der duiven in het verleden. “Meevliegers” hoor je tegenwoordig. Daar haal je de top niet mee. Bram leverde in 2017 ongeveer 60 junioren. Van twee ervan begint mijn hart sneller te kloppen. Dat zijn in mijn ogen postduiven waar je misschien in de toekomst iets aan hebt. De één was drie keer overtuigend de eerste op het hok, de ander won met grote voorsprong 1e Teletekst GOU Noord. Is de rest dan waardeloos? Nee, dat is te kort door de bocht. Een jonge duif, die zonder partner, zonder nestpositie en zonder duidelijk territorium, wekelijks vlot en fris naar huis komt, kan als oude duif een aanwinst zijn. Zeker als ze als jong een paar leuke prijsjes meepakken en liefst een keer vroeg zijn. Dat laatste is in mijn ogen niet onbelangrijk.
Motivatie
Jonge duiven die laat rijp zijn en gewoon op het schapje gespeeld worden, zullen zich niet uit de naad vliegen in de regel. Uitzonderingen daar gelaten. Een duif met een bijzonder territorium en aanwijsbare motivatie in de vorm van een partner, een nestje of iets dergelijks, moet eigenlijk prijs vliegen. De ene duif met vijf prijzen wordt soms verwijderd, terwijl de andere duif met drie prijzen in de ogen van de baas een kans verdient. ’t Is maar net onder welke omstandigheden jonge duiven gespeeld werden. Gezondheid speelt ook een belangrijke rol. Ik zie graag junioren die zonder medicatie gezond blijven. Soms krijg ik jongen uit een bepaald koppel of een bepaalde lijn, die gemakkelijk “kopproblemen” krijgen. Zulke wil ik liever niet. Natuurlijke gezondheid is heel belangrijk. Moet je steeds ingrijpen en ga je met dezelfde duiven verder, dan krijg je een medicijnafhankelijke duivenstam. Daar hou je slapeloze nachten, chagrijn en een lege portemonnee aan over. Je boert achteruit, zeggen ze op het platteland. Een mooi voorbeeld zie ik op eigen hok. “Gianna 406” viel niet erg op aanvankelijk. Ze arriveerde trouw op tijd, maar altijd als serieduif. Geen puntenpakker voor een kampioenschap. Op de laatste vlucht Troyes, was ze onze eerste duif (10e GOU Noord). We hadden haar als tweede getekende gezet, omdat ze dol was op haar jonkie van ongeveer vijf dagen oud. Zou ze gefaald hebben, dan zouden haar voorgaande zes prijsjes voor mij geen waarde gehad hebben en was ze niet door de selectie gekomen. Twee nestbroers van “Gianna 406” van de tweede ronde krijgen ook een kans. Ze bleven ongepaard en hadden geen territorium. Laat rijp. Toch wonnen ze op Troyes beiden prijs en kwamen op de voorgaande vluchten ook steevast mooi op tijd en fris en monter thuis. Volgens de statistieken, door Bram en Theo tot in de finesses bijgehouden, wonnen ze samen negen keer een nette prijs. Al met al genoeg reden om ze als oude duif een kans te geven
Totaalplaatje
Of een jonge duif op ons vlieghok aan het eind van het seizoen door gaat naar de volgende ronde, hangt af van het totaalplaatje. Natuurlijk tellen we het aantal behaalde prijzen, maar veel belangrijker is de kwaliteit van de prijzen en de omstandigheden waaronder die prijzen behaald zijn. Vanaf Roermond maakten we een geweldige uitslag. Acht duiven op een rijtje op het dak van het hok en degene die als eerste aanstalten maakte om op de klep te vliegen, won de eerste prijs in de regio. Dat is leuk, maar zo’n regiozege heeft een andere betekenis en waarde als de regiozege vanaf Peronne. Die duif won los vooruit de 1e Teletekst en deed dat helemaal op eigen kracht. Waarom “Jarno 224” juist op Peronne zo geweldig uithaalde, dat zullen we nooit weten. De duiven waren niet gekuurd, niet uitgerookt en kregen geen vitamines. Alles simpel en puur natuur. We houden het op eerste verliefdheid. Dankzij deze ene superprestatie willen we hem een plekje op het kweekhok gunnen. Over tien jaar zie ik “Jarno 224” in gedachten nog als een komeet uit de goeie hoek komen, met dank aan de haviksogen van Rinie die hem op twee kilometer afstand al in het vizier had. De “serieduif” met zes prijsjes op rij ben ik gegarandeerd binnen tien dagen al vergeten! Er zijn echter meer factoren die meespelen. Ik noemde al de motivatie. Intrinsieke gezondheid is ook heel belangrijk en meteen daaraan gekoppeld de vitaliteit. Vervolgens kijk ik naar de bouw van de duif. Gestroomlijnd met zachte pluim en een slimme uitstraling! Geen tentoonstellingstypes en “zoete” duiven. Tenslotte kijk ik naar de stamkaart.
Kweekhok
Wil je vooruitkomen, dan moet je zorgen voor een vitaal kweekhok. Van de lichting 2017 wil ik zes of zeven duiven transfereren naar ons kweekhok bij Albert. Dat betekent, dat er plaats gemaakt moet worden, want we beperken ons tot twaalf koppels! Gelukkig hadden we in 2017 weinig last van de havik en kon er op een eerlijke manier geselecteerd worden. Welke kwekers gaven er waardevolle nafok en welke kwekers stelden ons (opnieuw) teleur? Zelf ben ik er uit. Albert weet, dat ik heel serieus ben als het op selectie van duiven voor het kweekhok aan komt. Hij weet ook, dat twee kapiteins op één schip niet werkt en laat me mijn gang gaan. Als ik twijfel, denk ik steevast aan Jan Suijkerbuijk en Martin Geven. Twee duivenvrienden met een vlijmscherp mes. Zachte heelmeesters maken op een kweekhok stinkende wonden! Twee of drie jaren op rij geen goeie nafok met verschillende partners? Wegwezen! Zelfs al was de duif asduif van de GOU, of een zoon of dochter van “Kleine Dirk”. Wie zich door stamkaarten of prestaties in het verleden laat leiden, komt bedrogen uit. Veel goede vliegers blijken op het kweekhok slechte kwekers. Ik zoek liever naar duiven met kweekpotentie. Daar kun je jaren op rij profijt van hebben. Kwekers die “het” niet hebben, stellen je elk jaar weer teleur en halen je rendement op het vlieghok omlaag. “Papieren tijgers” zijn de grootste bedreiging op elk kweekhok. Helaas zijn kwekers die gemakkelijk goeie nafok geven met verschillende partners dun gezaaid!
(wordt vervolgd)
Archieven
- juni 2025
- mei 2025
- april 2025
- februari 2025
- januari 2025
- november 2024
- oktober 2024
- september 2024
- juli 2024
- maart 2024
- februari 2024
- januari 2024
- december 2023
- november 2023
- oktober 2023
- december 2022
- november 2022
- oktober 2022
- september 2022
- juli 2022
- juni 2022
- mei 2022
- april 2022
- maart 2022
- februari 2022
- januari 2022
- december 2021
- november 2021
- oktober 2021
- september 2021
- augustus 2021
- juli 2021
- juni 2021
- mei 2021
- april 2021
- maart 2021
- januari 2021
- december 2020
- oktober 2020
- september 2020
- augustus 2020
- juli 2020
- juni 2020
- mei 2020
- maart 2020
- september 2019
- augustus 2019
- juli 2019
- juni 2019
- mei 2019
- april 2019
- maart 2019
- oktober 2017
- september 2017
- augustus 2017
- juli 2017
- juni 2017
- mei 2017
- april 2017
- februari 2017
- januari 2017
- december 2016
- november 2016
- oktober 2016
- september 2016
- augustus 2016
- juli 2016
- juni 2016
- mei 2016
- april 2016
- november 2015
- juli 2015
- mei 2015
- oktober 2014
- augustus 2014
- juli 2014
- juni 2014
- september 2013
- augustus 2013
- juli 2013
- juni 2013
- mei 2013
- april 2013
- februari 2013
- januari 2013
- oktober 2012
- september 2012
- augustus 2012
- juli 2012
- juni 2012
- april 2012
- maart 2012