Monthly Archives: oktober 2022
Voorster Varia (15)
Voorster Varia (15)
Afscheid
Soms bruist het leven dagen, weken zelfs maanden aaneen. Er wordt gewerkt, gelachen, gestreden en gevierd. Het leven lacht ons toe en de andere kant van het leven is mijlenver weg. Dan ineens is er de schaduwzijde. Twee weken geleden was er die reünie van mijn laatste school, waar ik vier jaar geleden met pensioen ging en ruim een kwart eeuw met overwegend veel plezier werkte. Je treft oud-collega’s en wordt geconfronteerd met het feit, dat het leven niet stil stond. Je denkt, dat het “ouwe jongens krentenbrood wordt” , maar in werkelijkheid ging het vooral over allerlei ouderdomskwalen, weggevallen partners en uiteenlopend onheil. Ik sliep ’s nachts slecht. De afgelopen week werd ik behoorlijk in beslag genomen door weggevallen bekenden. Ik hoorde van een oud-buurman uit mijn jonge jaren, die me als twaalfjarige hielp bij het timmeren aan een duivenhok. Hij was op leeftijd en de weg kwijt. Iemand had op facebook over zijn overlijden gelezen. Toch komen er ineens herinneringen boven. Oud-achterbuurman Roelof verhuisde, ik denk een jaar of zes geleden. Het huis werd voor twee zeventigers te bewerkelijk en de tuin te groot. Hij wilde een kleinere woning met schuur, want hij had gouden handjes en kon niet stilzitten. Helaas liep alles anders, hij kreeg leukemie, verhuisde naar een nog kleinere woning zonder schuur en werd een zielig hoopje mens. Hij woonde met zijn Alie in een aanleunwoning en zag haar geleidelijk geestelijk aftakelen. Soms op goeie dagen zag ik hem bij moeder Toos vanaf de eerste verdieping voorbij schuifelen en maakte ik een praatje met hem. Vooral als Max Verstappen goed gereden had begonnen zijn ogen te flonkeren, want Roelof was gek op auto’s, motoren en snelheid. Maandag werd hij in besloten kring gecremeerd. Afgelopen maandagavond was er ook gelegenheid om afscheid te nemen van Dick van Dijck senior. Trouw clubgenoot bij “Steeds Verder”. Toen ik arriveerde bij de aula in Deventer, liepen de laatste bezoekers huiswaarts. Echtgenote Adrie, Dick junior, die als duivenhouder in de voetsporen van vader trad en broer Harry met partner, wuifden me bij binnenkomst toe. De 88-jarige Dick lag vredig in de kist en gedurende zeker twintig minuten werd er rustig en met respect over diens leven gepraat. Ik hoorde dingen, die ik in de bijna kwart eeuw dat hij lid was van onze club, nooit gehoord had. Adrie en Dick junior fleurden op bij de anekdotes en stelden mijn aanwezigheid zeer op prijs in woord en gebaar. Het geeft een goed gevoel, als je mensen de laatste eer kunt bewijzen en de nabestaanden kunt troosten. Op weg naar huis, realiseerde ik me, dat Dick het tiende lid in ongeveer twee maanden is, die onze duivenclub om uiteenlopende redenen verlaat. Een gezonde 92-jarige, die weet dat het halen van de eeuw nog een hele toer wordt. Ook het halen van het benodigde minimum aantal inkorvers wordt steeds lastiger. Daar moeten we iets op verzinnen!
Verkoop
De totale verkoop van de duiven van Bram, hield me ook bezig. Bram heeft als clublid bedankt en stapt uit ons team. Zijn huis werd verkocht en samen met Marga verhuisde hij nog geen twee maanden geleden naar Apeldoorn. Ook een soort afscheid. De week maakte me melancholiek. Gisteren was de sterf- en geboortedag van Joke Geven. Ik was enkele dagen eerder nog op Greenfield Stud. Hans werd 88 jaar en vierde zijn verjaardag met Hilma en met corona. Gelukkig lijkt het mild te verlopen. Bij het aanrijden, dacht ik meteen aan al die maandagen met Joke. Met Hans bespraken via de app haar dood, precies een jaar geleden. Ook aan Martin moest ik denken. Hij stierf zes jaar geleden. Hij en Joke vormden een hecht en bijzonder stel. Wat hebben we niet oneindig over het mysterie in de duivensport geouwehoerd en over alles wat ons bezig hield. Die mooie momenten mis ik. We waren aan elkaar gewaagd in het jonge duivenspel, beiden fanatiek, maar met wederzijds respect en echte duivenvrienden. Het leven vliegt voorbij! Vergeet niet elke dag te genieten.
Duiven
Doordat ik al tientallen jaren alleen met jonge duiven speel, vanwege mijn allergie, ken ik de beperkingen en de voordelen. Elk jaar begin ik met een schone lei en mijn nieuwsgierigheid naar verschillende soorten duiven kon ik daardoor aardig bevredigen. Ooit vroeg een fondspeler me, of ik zijn duiven wilde testen. Dat zag ik niet zitten. Ik vond het idee op voorhand kansloos. “Jij kunt ze misschien wel op de uitslag krijgen, want het zijn voor veel geld aangeschafte duiven”, benadrukte hij. Ik haalde mijn schouders op. “Voor mij is dat tijdverspilling, waar ik niets mee opschiet”, was mijn argument om het niet te doen. Een andere ZLU-speler had duiven van Pieter Veenstra aangeschaft. Hij dacht, dat ik er wonderen mee zou verrichten. Toen ik de duiven ontving, wist ik al, dat het niets zou worden en dat lag niet aan Pieter. “Zien de jongen er luxe uit?”, vroeg Martin me de eerstvolgende maandag. “Dat is het probleem”, antwoordde ik. “Dan maak ik me geen zorgen, want dan wordt het niks”, zei Martin met grote stelligheid. Hij kreeg gelijk. Een andere liefhebber kweekte duiven van Koopman en Ad Schaerlaeckens-origine voor me. Ook daar slaagde ik niet mee en dat lag niet aan de naamgevers op de stamkaart. De kweekduiven van de man zaten al sinds mensenheugnis vast en de nafok miste de gewenste vitaliteit in mijn ogen. Daar win je de oorlog ook niet mee. Op zeker moment raakte ik in de ban van de duiven van Hans Hak. Een hardwerkende, aardige sportman, met fantastische uitslagen op de dagfond. Ik schafte met Albert wat zomerjongen aan en we kweekten eruit. “Dat wordt niks”, waarschuwde Martin, toen ik het hem vertelde. “Jij moet snelle duiven aanschaffen, geen dagfondduiven.” Ik was koppig en wilde het tegendeel bewijzen, maar Martin kreeg gelijk. Helaas maakte hij dit niet meer mee. De Hakduiven waren zeker niet slecht, maar ze zijn geselecteerd voor de dagfond en niet voor mijn spelletje. Via een internetverkoop hielden we de schade beperkt, want de Hakduiven lagen op dat moment goed in de markt. In 2020 maakt ik via Joke Geven kennis met de WdB-duiven. Ik had ze al enkele jaren gevolgd, via de zomerjongenverkoop via “de Duif”. Eijerkamp investeerde in 2019 in een ronde en Joke kreeg ze onder haar hoede. Heel tevreden was ze niet en dan zeg ik het netjes. De duiven waren in het nieuwe milieu lastig gezond te houden. Daar kon Willem natuurlijk niks aan doen. Wie Joke gekend heeft, weet dat ze goed met duiven kan omgaan. Voor haar zijn dingen echter zwart of wit. Grijstinten kende ze niet. Geen vijftig tinten en ook geen één nuance grijs. Elke maandag hoorde ik haar gemopper aan. “Straks als jaarling krijg je plezier van deze duiven. Willem heeft geweldige duiven en hij zal Eijerkamp zeker geen rommel geleverd hebben”, hield ik haar voor. In januari is er de traditionele “vriendendag” bij Eijerkamp en ik was ook uitgenodigd. Een uitgelezen kans voor Joke, om mij de haar toevertrouwde toekomstige jaarlingen te tonen. Joke hechtte aan mijn mening en ik was onder de indruk. Overwegend WdB met hier en daar wat Leideman en Eijerkamp gekruist. “Daar krijg je straks plezier van”, hield ik haar voor. Evert Jan vroeg me, of ik belangstelling had voor wat testduiven. Ik vroeg bedenktijd. ’s Avonds in bed dacht ik aan wat ik op het hok van Joke gezien had. Eijerkamp wist nog niks van deze duiven, want als jong hadden ze door gezondheidsproblemen weinig laten zien. Ik dacht aan de voor mij onbetaalbare WdB-duiven in de traditionele kerstveiling, aan de meubels, die we bij Eijerkamp wilden aanschaffen en ineens viel het kwartje, midden in de nacht. Overleg met Hans, met Evert Jan en met Joke. Er zouden tien duifjes van het hok van Joke voor mij geringd worden. Ik had tien speciale derbyringen van de kring en gaf die aan Joke. “Eén voor jou en één voor mezelf uit de betere koppels. Een goed idee?” Je mag van Joke van alles vinden, maar ze was goudeerlijk en had het goed met me voor. Toen de jongen speenklaar waren, haalde ik ze op. Joke had ze gereed staan en ik schoof aan in de kantine voor de koffie. Natuurlijk had ik verse gevulde koeken van bakker Bril meegenomen en al smullend werden de duiven door Hans, Evert Jan en nadrukkelijk door Oliver beoordeeld. Cees kende de jongen, omdat hij vaak samen met Joke de duiven verzorgde. Ze zagen er “luxe” uit, om in de vocabulaire van Martin te spreken. “Twee doffers heb ik voor jou geringd, want ik heb liever duivinnen voor de toekomst”, vertelde Joke. Ik bekeek de twee prachtige jonge doffers en verschoot van kleur toen Hans me de stamkaart onder de neus schoof. Kleinkinderen van “Murphy’s Law” ! Ook aan de overige acht mankeerde helemaal niets. Uit een zoon en dochter van “Uranus” en ook jongen uit de samenzetting met het beste van Leideman. “Jij kunt er wat mee, Freek en ik gun ze jou van harte” fluisterde Hans me toe. Blij en dankbaar reed ik naar Gietelo, die ochtend in 2020.
Kwaliteit
De tien “Jokeduifjes”, zoals ik de Eijerkampaanwinsten noemde, groeiden uit tot prachtige duiven. Natuurlijk pakte de havik er een paar, maar op de eerste prijsvlucht waren er nog zes inzetbaar. Ze vlogen goed en pakten samen de helft van de derbypot. Elke maandagavond moorkoppen en Joke kon nauwelijks geloven, dat “haar” duifjes het gebak wekelijks verdienden met prima uitslagen. Joke was inmiddels ook wat milder geworden over de jaarlingen van WdB-origine. In het begin klaagde ze en had ze het gevoel, dat ze “voor spek en bonen meevloog”. Ik ging daar niet in mee. “Je moet niet zeuren over allerlei onbenulligheden en je zelf de put in praten. Denk aan Martin, focus op je duivinnen en laat zien, dat je het nog niet verleerd bent.” Joke was gevoelig voor de peptalk en had een sparringpartner nodig, die haar met de neus op de feiten drukte. Geloof het of niet, maar twee weken later was het al raak. “Becky” was de eerste duif bij Eijerkamp op een midfondvlucht en nog geen uur later stond ik met een grote bos “schapenkoppen” uit eigen tuin op haar stoep. Een duivin van Joke. Een WdB-duifje, waaruit ze mij een jong geringd had, flikte het. Ze was apetrots. “Zie je nou wel, dat die duiven van Willem kwaliteit hebben”, hield ik haar voor. Enkele weken later was het opnieuw bingo. Zelfs de naam van haar winnende duivin ( “Yin Dee” ) weet ik nog. Eerste teletekst, als klap op de vuurpijl. Het was goed voor haar gevoel van eigenwaarde en in mijn ogen een moorkop waard!
Broeders
In Gietelo deden de kleinzonen van “Murphy’s Law” het goed. Op de één of andere manier ben ik altijd goed met doffers en vaak ook met twee broers uit één nest. Joke genoot, als ik haar complimenteerde met haar goeie intuïtie bij het ringen. Bij haar vlogen de “tegenjongen” uit hetzelfde nest van de overige koppels toch net wat minder. In Gietelo werd ik echter blij verrast door twee broers, die ik vooraf onder op de stapel van favorieten had gelegd. Ook Bram was verrast. Dan bracht hij me jongen met vijf keer “Kleine Dirk” in de stamboom en maakten twee ongepaarde broers uit een “fancykoppeling” week na week het mooie weer met talrijke kopprijzen en drie keer teletekst. Voor mij was toen al duidelijk, dat een stamkaart pas interessant wordt, als de duif in kwestie bewezen heeft een postduif te zijn. “Teletekst Henk ‘57” en “Olympic Frank ‘58” verschaften me het meeste plezier. Dan is het toch niet belangrijk, als op de stamkaart geen “Harry”, “Hurricane” of “Hallilujah” staat? Gelukkig laat ik me door commercie niet beïnvloeden. Stond ooit met een 1eTeletekstwinnaar tien minuten in handen. Te wikken en te wegen en voltrok met het zweet in mijn handen het vonnis. Je moet realistisch blijven, als je verder wilt komen in de sport en soms keihard. Ook een 1e asduif in de afdeling onderging hetzelfde lot. Dat doet zeer en daar ben ik niet trots op. Als een duif niks van waarde op de wereld zet, na diverse omkoppelingen en na jaren geduld, dan moet je niet doormodderen, maar je verlies nemen en doorpakken. Zelfs onder teletekstwinnaars en 1e asduiven op het hoogste niveau, zitten duiven , die het uiteindelijk niet blijken te zijn. “De liefhebber met het scherpste mes komt het verst”, zei Cees Suijkerbuijk uit Eefde ooit tegen mij. Zijn oudste broer Jan en ondergetekende, waren het op dat vlak roerend met hem eens. Geduld is goed, als het maar niet te lang duurt. Mijn door ondervinding opgedane les van vandaag: kweek uit je beste duiven. Die hebben het bewezen. En als ze in de kweek geen talent tonen, zoek dan anderen. Onlangs sprak ik dorpsgenoot Sando Verbeek. “Freek, ik heb dertig kweekkoppels en de stamkaarten staan bol van de mooie namen. Mijn beste duiven van het moment, komen uit mijn beste vliegduiven uit mijn Hallse periode, met een minder indrukwekkende stamboom. Hoe kijk jij daarnaar”? Mijn mening kwam overeen met wat hij zelf al had bedacht: niet kijken naar stambomen. Verder gaan met kwekers die rendement geven en de rest wegdoen. Scheelt tijd, geld en ergernis! Het gaat om de duif. Niet om de stamkaart. Toen dacht ik aan “Olympic Frank” en zijn veelbelovende kleinzoon “Cor van Gogh”. Als ik me door de stamkaart had laten leiden, was “Cor” nooit geboren. Gelukkig ben ik niet helemaal op mijn achterhoofd gevallen. (wordt vervolgd)
Voorster Varia (14)
Voorster Varia (14)
Einde
Bram is met de duivensport gestopt. Zijn prachtige, rietgedekte villa is verkocht en Bram woont sedert 1 september in een appartement in Apeldoorn. De tijd was rijp. Marga kreeg ouderdomsverschijnselen en kon haar fraaie, arbeidsintensieve buxustuin niet meer bijhouden, zoals ze wenste. Bram kreeg enige jaren geleden al een waarschuwing middels een hartstilstand en dan ga je nadenken. Op de dag, dat Poetin de “speciale actie” tegen Oekraïne begon, hakten Bram en Marga de knoop door. Dat dit het einde van Bram’s duivensportloopbaan zou betekenen, daar maakte hij geen geheim van. Een mooi moment voor mij om terug te blikken op hoe het begon. Bram leverde in het verleden al duiven aan buurman Max Slinkman en nieuwkomer en dierenarts Maurits Bosgoed. Max stierf te vroeg en Maurits kon door een jong gezin met vier kinderen, drukke, onregelmatige werkzaamheden en een veelheid aan hobby’s zijn aspiraties op duivengebied niet waarmaken. Twee jaren deed hij mee en etaleerde zijn ambitie en talenten, maar al snel werd duidelijk, dat hij dit niet kon continueren. Jammer, maar ik zag het aankomen en begrijp het volkomen. In die periode, kocht ik een bon van Bram. Die werd royaal verzilverd, met drie mooie jonkies. Eén jong vloog een eerste prijs en dat was het begin van onze samenwerking in 2015. De traditie van de bon voor het goede doel bleef, alleen kreeg ik er niet één, maar op het laatst wel zestig jongen voor. Daar werden we allen wijzer van. Zo werd Bram ons jongste teamlid, ook al was hij in leeftijd de oudste.
Olympic Frank
In de loop der jaren kwamen er vele goeie en bruikbare junioren van Bram, maar natuurlijk ook deugnieten. Bram vond het aanvankelijk al heel mooi, als een junior vijf prijzen vloog. Voor mij was dat na verloop van tijd niet meer zo spannend. In 2018 leverde Bram drie junioren, die 1e, 2e en 3e asduif van de kring werden. Daar was hij terecht fier op, net als ik. Ook meerdere teletekstduiven scoorden airmiles en vervulden ons met trots. Gedeelde vreugd is immers dubbele vreugd! Eerst was een plaatsje op teletekst al bijzonder, maar de lat kwam steeds hoger te liggen. Een eerste plek op Teletekst werd het streven. In 2020 leverde Bram weer een mooie ploeg. Daaronder ook twee jongen uit een toevallig koppel. Bram had een doffer, waarvan hij graag twee jongen in Gietelo wilde testen. Hij kwam echter een duivin tekort. Albert verzorgde de laatste jaren incidenteel de duiven bij Bram. Toen hij in het ziekenhuis lag, na de hartstilstand, maar ook bij wintersportvakanties. Albert had toevallig nog een duivinnetje over, die hij in het laat ophaalde op een bon bij Henk & Frank Jacobs. Soms helpt het toeval een handje en wordt een gouden kweekkoppel fortuinlijk geformeerd. De twee doffers uit het “toevalskoppel” bleken echte goudhaantjes. De ’57 was de regelmatige, die eenmaal uit zijn slof schoot met 2e Teletekst. Broer ’58 was de “pointeur”. De ene week flierefluitend na de prijzen thuis, maar ook drie keer steenvroeg met 1e GOU Noord en 4e GOU Noord (Teletekst). Dat zijn de momenten, die me bijblijven. Aan Olympiadenominatie had trouwens niemand binnen het team gedacht. Dat kwam als een complete verrassing. De moeder van “Teletekst Henk ‘57” en “Olympic Frank ‘58” was na de kweek teruggegeven aan Albert. Onwetend van haar heldendaden in de kweek, transfereerde Albert haar roemloos naar de kliko, omdat ze in de weg zat en hij te veel duiven had. Geen geromantiseerd heldenepos, maar wel de naakte waarheid. Waarom zou je dingen mooier maken dan ze zijn? Natuurlijk baalden Bram en ik, maar Albert nog meer. Als je alles vooruit weet, kun je voor een kwartje de wereld rond. We wikken en we wegen, halen allerlei theorieën van stal, zoeken verkenningscirkels, décalage’s, kweekwratjes, witte teentjes, heterosis en meer. Alsof het samenstellen van kweekkoppels wetenschap of hogere wiskunde is. Tenslotte blijkt een speelse chimpansee meer verstand van beleggen te hebben, dan de hoogopgeleide specialist. Niet een kilo wijsheid, maar gewoon een ons geluk lag aan de heldendaden van de toppers van 2020 ten grondslag!
Kweektalent
Natuurlijk is het niet mijn bedoeling om Bram als kweker onderuit te halen. Hij was altijd één en al enthousiasme en nam de kweek heel serieus en weloverwogen. Samen genoten we van de plaatjes van junioren, die hij in het voorjaar als zijn kinderen afleverde en dan liep het water uit onze monden, zeker bij het aanschouwen van de stamkaarten. We weten echter allemaal, dat er veel meer klatergoud dan goud is op de wereld. Papier is geduldig en een stamkaart kan niet vliegen. Vorig jaar bracht Bram me de eerste jongen van “Olympic Frank”. Na afloop van het vliegseizoen waren er nog drie aanwezig. Ze hadden prima gevlogen en Bram wilde ze in het najaar ophalen. Ik ga me, na een seizoen intensieve omgang met mijn “kinderen” , hechten aan bepaalde duiven. Duiven, die me week na week teleurstellen, kan ik missen als kiespijn. Duiven, die voor hun eindexamen geslaagd zijn, laat ik met gemengde gevoelens vertrekken. Een duif, die het uitmuntend gedaan heeft en waar ik iets in zie, daar ga ik aan hechten en die wil ik graag als kweker behouden en er zeggenschap over hebben. In het verleden behield ik “Janneke” (3e asduif) en “José” (teletekst). “Dit is de bonduif, die ik van je kocht. Die krijg je niet terug”, blufte ik. Bram liet dit gaan. Ik kreeg de duiven kosteloos om te testen en Bram kreeg ze goed opgeleid retour. Dat ene bonduifje kwam me toe, vond ik. Als tegenprestatie voor alle werk, alle kosten en de door mij gerealiseerde meerwaarde. Zo ging het ook met die ene dochter van “Olympic Frank”. Ik had haar “Toos” genoemd, naar mijn moeder en ik was me aan het duifje gaan hechten. Ze vloog acht prijzen en was onze beste duivin vorig jaar. Ook mijn enige nazaat van de duif, die ik nota bene zelf had groot gemaakt. In gedachten koppelde ik haar aan onze beste junior “Ernst”. Genoemd naar mijn vader. Deze vloog als jong van de derde ronde, ongepaard op het schapje, naar de titel van 1e asduif club/ kring. Een beter voorbeeld van goed maal goed kon ik niet bedenken. Vol verwachting klopte ons hart. Helaas was het lot ons aanvankelijk niet goedgezind. De ‘942 werd opgegeven door de dierenambulance met een gebroken vleugel. Euthanasie stelden ze gelukkig zelf voor. De ‘917 stierf als eerste duif, toen de colipleuris uitbrak en wat later hoorden we via Adriaan Aalpoel, dat ring ‘968 was gevonden onder het nest van de slechtvalk op de toren in Zutphen. De ‘955, keerde na weken zwerven, zelf als een scheermes retour, had weken nodig om op gewicht te komen en vloog vervolgens goed prijs. Helaas was ze zo dom om verontreinigd water van de tomatenkas te drinken, waardoor ze alsnog stierf. Niet alles in 2022 was een succesverhaal. Goed maal goed geeft ook alleen maar narigheid, hoor ik U bijna denken. Van de vier rondes kwam telkens één jong tragisch aan zijn of haar einde. Dat klopt. We hadden echter acht jongen van vier rondes. Die vier “tegenjongen” deden het stuk voor stuk naar wens door als eerste op het hok te arriveren van een vlucht, of door minimaal één absolute kopprijs (1:100 of zelfs 1:1000). Voor zulke duiven mag je me wakker maken, vooral als ze het ongepaard en zonder bijzondere motivatie doen. Was het wijsheid om “Ernst” tegen “Toos” te zetten? Welnee. “Ernst” was als jong een rustige, evenwichtige doffer, die me negen keer blij maakte door netjes op tijd te komen. Gewoon ongepaard op het schapje. Een geeloog, met veel toppers (Ché, Nieuwe Olympiade, Celena) in het voorgeslacht en een vader, die onze regelmatigste prijsvlieger in 2020 was. Een brave, vale doffer uit stamduif “Brutus”. De nestzus van “Vale Brave” was trouwens als 3e asduif in de regio, ook geen klungel. De moeder van “Ernst” vloog teletekst. Niet de eerste de beste dakschijter dus. Uit zulke duiven kun je rustig kweken. “Toos” vloog vorig jaar acht keer prijs, heeft een vader die 1e Olympiadeduif van Nederland was in Roemenië, maar die verder geen echte wereldduiven op de stamkaart heeft staan. Wel een doffer, die een pure pointeur was op het schapje en daar hou ik van! Namen zeggen niet alles.
Van Gogh
Afgelopen winter had ik een discussie met de jongste broer van José. Het ging over Vincent van Gogh. René is een echte cultuurliefhebber, weet minstens zoveel van kunst en architectuur als ik van duiven en is zeer bereisd en belezen. Niet slim om dan over van Gogh in discussie te gaan met hem. Toch deed ik het. Ik meende, dat van Gogh een zoon had en ooit getrouwd geweest was. René betwistte dit en hij had gelijk. Helemaal uit de lucht gegrepen was mijn vermeende kennis ook weer niet. Ik wilde weten hoe het zat en las op Wikepedia, dat Vincent samenwoonde met Sien Hoornik in Den Haag. Er werd in die periode inderdaad een jochie geboren. Als prostituee was het kindje een “bedrijfsongelukje” van de armoedige Sien, al was er destijds nog geen D.N.A. onderzoek. Het wettig en overtuigend bewijs ontbrak. Het kindje had waarschijnlijk geen rood haar en Sien en Vincent waren inderdaad niet getrouwd. René had dus gelijk! Ik las echter verder, want het leven van Vincent van Gogh was behalve diep tragisch, ook boeiend. Hij werd geboren op 30 maart 1852. Zelf ben ik van 30 december 1952. Toevallig honderd jaar verschil, dus gemakkelijk te onthouden met dit ezelsbruggetje. De Vincent Willem van Gogh, die wij kennen als de beroemde schilder, werd geboren op 30 maart 1853. Op de geboorte- en sterfdag van de eerste Vincent Willem van 1952. Toevallig kreeg ik op mijn verjaardag, op de dertigste, ook een broertje en op de leeftijd van zes weken balanceerde ik op het randje van de dood. Toevallige overeenkomsten, geen verdiensten. Ik las met stijgende verbazing verder. Na Vincent Willem, werd er een zusje geboren, net als bij mij. Daarna kwam de bekende Theo, die zijn oudere broer voortdurend financieel ondersteunde. Ik kreeg broer Henk als verjaardagscadeautje. Daar houdt de vergelijking niet op. In het domineesgezin werden na Theo twee meisjes geboren. Het begint dan een beetje eng te worden. Ook ik kreeg na Henk twee zusjes. Als laatste kreeg Vincent zijn jongste broer Cor. In het kolenboersgezin Wagenaar was dat Ben. Daar bleef het in beide gezinnen bij. Toen ik het las, had ik meteen het idee daar iets mee te doen. Met Sander besprak ik mijn plan. Dochter Lieve voegde de daad bij het woord en stuurde wat voorstellen. Leuk, die betrokkenheid! Voor mij stond vast, dat het koppel “Ernst” x “Toos” de van Gogh-dynastie zou leveren.
Kweekwonder
Zou “Olympic Frank ‘58” kweekpotentie hebben? Veel topduiven brengen nooit één goed jong voort. Zijn enige kind op ons hok moest het met haar partner waarmaken. Gelukkig wist het koppel zelf van niets en drukte er geen last op hun schouders. We hadden drie doffers uit “Ernst” en “Toos”. De ‘941 werd “Vincent”, de ‘954 werd “Theo” en de jongste telg ‘969 van de vierde ronde werd “Cor”. De oudste van de zussen van Gogh, t.w. “Anna” kon ook vanaf de eerste vlucht worden ingezet. Achteraf is het best bijzonder, dat de vier “van Goghjes” allen het moeilijke vliegseizoen overleefd hebben. “Cor van Gogh” verenigde het beste van zijn (voor)ouders in zich. Hij had op de eerste zes vluchten het vizier scherp en eindigde vier keer rats aan de kop. Op de laatste twee vluchten arriveerde hij gemotiveerd, maar helaas pal uit het noorden en net na de prijzen. Moet je daar moeilijk over doen? Beide keren was ik dolblij, dat ik hem zag. Met een 5e, een 3e en twee keer een eerste in regioverband (o.a. 1e Teletekst GOU Noord), was hij ook met twee missers de absolute ster van 2022. Er is een kans, dat “Cor” in de voetsporen van zijn illustere grootvader treedt. Aangezien we slechts één nazaat van “Olympic Frank ‘58” bezitten, zouden we hem graag aankopen op de veiling van GPS, die zondag afloopt. Ik weet, wat hij gepresteerd heeft op de vluchten en ik weet ook, dat hij zijn kwaliteiten door kan geven aan zijn (klein)kinderen. Toch is er iets, dat me weerhoudt om te bieden. Ik zal de duif onder moeten brengen bij één van mijn teamleden. Dat wil ik ze echter niet aandoen. Zo’n dure duif op je hok is een kwetsbaar bezit. Je hoeft niet veel fantasie te hebben om te bedenken, wat er allemaal mis kan gaan. Duivensport is voor mij nog steeds pure hobby. Compagnons moet je koesteren en niet opzadelen met angsttrauma’s. Ik heb een prachtige foto van hem en bewaar schitterende herinnerringen aan zijn twee teletekstplaatsen, zijn klassering als beste Nederlandse j.d. voor de Olympiade Roemenië en alles daar omheen. Mooier zal het nooit worden. Afscheid nemen op het hoogtepunt en vertrouwen, dat zijn nazaten voor goeie nafok kunnen zorgen. Jammer, dat het zo loopt, maar ik hoop, dat de nieuwe eigenaar er net zo veel plezier aan gaat beleven als ons team!
Moraal
Van het koppel “Ernst” x “Toos” verlegden we de eieren. Drie keer schakelden we een voedsterkoppel in en de vierde keer mochten ze de jonkies zelf groot brengen. Zal de kwaliteit niet achteruit hobbelen door dat overleggen? We waren benieuwd en empirisch onderzoek geeft het antwoord. Het zat allemaal mee en het leverde acht jongen op. Van elke ronde brachten we één jong aan de start en één jong kwam telkens tragisch aan zijn/haar einde. Toeval, denk ik, zoals het ook toeval is dat we precies weten, wat er met de acht duiven gebeurd is. De drie van Gogh-broers stierven als dertigers. Toeval, of het gevolg van een risicovol leven in een andere tijd? Het is frappant, dat het jong met het hoogste ringnummer met overmacht de beste werd, waaruit blijkt, dat het overleggen geen negatieve invloed had op de kwaliteit. Of we dit in de toekomst herhalen? Ik denk het niet. Het zal toeval geweest zijn. Nooit eerder deden we zoiets en gevoelsmatig lijkt het me niet voor herhaling vatbaar. Dat de kwaliteit van de eieren/ jongen niet achteruit gaat bij overleggen, dat bewijst onze “Cor ‘969”! Achteraf extra jammer, dat nestbroer ‘968 pech had en roemloos eindigde als voedsel voor de jonge slechtvalken in Zutphen. Pech en geluk liggen dicht bij elkaar. Geluk moet je afdwingen en pech kun je over jezelf afroepen. Dat ondervond Feijenoord een uur geleden in de laatste minuut tegen Sturm Graz. Bij veelvuldig overleggen zullen de duivinnen wel sneller opgebrand en uitgelegd raken, denk ik. Dat wil je niet. Het moet geen bio-industrie worden! (wordt vervolgd)
Archieven
- juni 2025
- mei 2025
- april 2025
- februari 2025
- januari 2025
- november 2024
- oktober 2024
- september 2024
- juli 2024
- maart 2024
- februari 2024
- januari 2024
- december 2023
- november 2023
- oktober 2023
- december 2022
- november 2022
- oktober 2022
- september 2022
- juli 2022
- juni 2022
- mei 2022
- april 2022
- maart 2022
- februari 2022
- januari 2022
- december 2021
- november 2021
- oktober 2021
- september 2021
- augustus 2021
- juli 2021
- juni 2021
- mei 2021
- april 2021
- maart 2021
- januari 2021
- december 2020
- oktober 2020
- september 2020
- augustus 2020
- juli 2020
- juni 2020
- mei 2020
- maart 2020
- september 2019
- augustus 2019
- juli 2019
- juni 2019
- mei 2019
- april 2019
- maart 2019
- oktober 2017
- september 2017
- augustus 2017
- juli 2017
- juni 2017
- mei 2017
- april 2017
- februari 2017
- januari 2017
- december 2016
- november 2016
- oktober 2016
- september 2016
- augustus 2016
- juli 2016
- juni 2016
- mei 2016
- april 2016
- november 2015
- juli 2015
- mei 2015
- oktober 2014
- augustus 2014
- juli 2014
- juni 2014
- september 2013
- augustus 2013
- juli 2013
- juni 2013
- mei 2013
- april 2013
- februari 2013
- januari 2013
- oktober 2012
- september 2012
- augustus 2012
- juli 2012
- juni 2012
- april 2012
- maart 2012